Kerst is altijd leuk.
Op stage hebben wij een kerstontbijt gehad en het ging supergoed, de peuters vonden het zo leuk en ze hadden het erg naar hen zin.
Het is wel belangrijk dat je oplet dat de peuters het eten wel kauwen en goed drinken.
Op mijn andere stage plek gingen de ouders erbij zitten, dat was ook erg leuk, maar ik merkte wel dat de peuters meer naar de ouders trokken dan naar andere peuters.
Ik vind dat dit vaker zou moeten gebeuren, gezellig met peuters een etentje.
Wat vinden jullie ervan of hoe hebben jullie het ervaren?
Wat si beter met ouders of zonder ouders een etentje?
maandag 11 januari 2010
Roken
Natuurlijk dat is het meest logische dat ouders niet naast de kinderen roken, dat kinderen de oudersook niet gaan na apen. Ik ben zelf ook wel een roker. Als ik zwanger ben dan ga ik ook wel stoppen dat is het gezondste wat je kunt doen voor jezelf en voor je kind. Je moet dan ook niet weer beginnen met roken. Als je een rokende ouder bent dan ga je even in de garage roken als het buiten te koud is.
Voor de gezondheid voor de kinderen.
Voor de gezondheid voor de kinderen.
Roken
Vele ouders roken in bijzijn van hun kinderen. Ik vind dit echt slecht want ook voor kinderen en baby's is meeroken gevaarlijk. Zij zijn gevoelig voor de schadelijke stoffen in sigarettenrook.
Wat het bijkomende nadeel van roken in het gezin is, dat de kinderen de gewoonte van hun ouders gemakkelijk overnemen.
Hoe denken jullie er over.? Meeste ouders doen het wel en sommigen weer niet.
Wat het bijkomende nadeel van roken in het gezin is, dat de kinderen de gewoonte van hun ouders gemakkelijk overnemen.
Hoe denken jullie er over.? Meeste ouders doen het wel en sommigen weer niet.
Vervolg
Nu denk ik er zo over dat ik een jaar vrij ga nemen. Even rusten, geen stress om huiswerk. Maar meer tijd aan mezelf aan me eigen persoonlijkheid besteden.
Het is heel belangrijk voor mij hoe ik me voel. En ik denk dat het beter zal zijn als ik een jaar rust neem, daarna weer studie ga oppaken.
Ik weet niet of het moeilijk zal zijn om na een jaar rust weer aan een opleiding te beginnen.
Het is belangrijk dat je weet wat je wil doen.
En ik weet als ik iets wil dat ik het dan ook voor elkaar krijg.
Ik wil doorsturen daar ben ik zeker van, neem alleen naar deze opleiding pauze.
Het is heel belangrijk voor mij hoe ik me voel. En ik denk dat het beter zal zijn als ik een jaar rust neem, daarna weer studie ga oppaken.
Ik weet niet of het moeilijk zal zijn om na een jaar rust weer aan een opleiding te beginnen.
Het is belangrijk dat je weet wat je wil doen.
En ik weet als ik iets wil dat ik het dan ook voor elkaar krijg.
Ik wil doorsturen daar ben ik zeker van, neem alleen naar deze opleiding pauze.
Vervolg
Ik wist zelf eerst zeker dat ik zou doorstuderen, mezelf omhoog werken.
Denk altijd hoe meer diploma's, hoe beter.
Dan heb je een ruime keuze in je werk en wat je gaat of wilt doen.
Ik hou van variatie's niet steeds hetzelfde doen, afwisseling is belangrijk voor mij.
Denk altijd hoe meer diploma's, hoe beter.
Dan heb je een ruime keuze in je werk en wat je gaat of wilt doen.
Ik hou van variatie's niet steeds hetzelfde doen, afwisseling is belangrijk voor mij.
Kindertelefoon
Wat doet de Kindertelefoon
Word je gepest, heb je problemen thuis, ruzie met je vrienden of voel je je rot, dan kun je bellen of chatten met de Kindertelefoon.
Wanneer
Elke dag van 2 uur 's middags tot 8 uur 's avonds, ook in het weekend en tijdens feestdagen kun je met ons bellen of chatten.
Hoe kun je onze medewerkers bereiken
Met de telefoon: 0800-0432 (gratis).
Ook met je mobiel kun je vanaf 1 janauri 2009 bellen met 0800-0432.
Via de chatbutton op onze homepage.
Of via Windows Live Messenger. Voeg chatbot@kindertelefoon.nl toe aan je buddylist.
Hoe kun je ons bereiken buiten openingstijden
Onze website is 24 uur per dag bereikbaar. Je kunt berichtjes achterlaten via de rubrieken help elkaar, gedichten, klaagmuur en het droomkasteel.
Ben je op zoek naar informatie, bezoek dan onze vragenkast via de homepage.
Werkwijze
Als je met de Kindertelefoon belt of chat hoef je niet je echte naam te zeggen, want de Kindertelefoon is anoniem. Ook vertellen wij nooit iets door aan anderen. Als je in nood zit zullen we je in contact brengen met iemand die jou verder kan helpen. Bijvoorbeeld iemand van Bureau Jeugdzorg. Dat doen we alleen als jij dat wilt en daar toestemming voor geeft. De vrijwilligers van de Kindertelefoon komen niet naar jou toe en zullen ook nooit zomaar contact met je opnemen. Jij bent degene die belt of die chat.
Respect
De Kindertelefoon vindt respect voor kinderen heel belangrijk. Ieder kind moet namelijk kunnen praten over een probleem. Maar wij vragen van kinderen om ook respectvol met ons om te gaan. Het is niet de bedoeling de Kindertelefoon te gebruiken voor verveling, voor ongein of gescheld. Daarmee hou je een lijn bezet voor kinderen die wel een serieuze vraag of probleem hebben.
Wie zijn wij
De Kindertelefoon is een organisatie met een grote groep vrijwilligers die het belangrijk vinden dat er een plek is waar kinderen en jongeren in vertrouwen kunnen praten over een probleem en waar zij hulp, advies en informatie kunnen krijgen. De vrijwilligers werken op verschillende plaatsen in Nederland vanachter de telefoon of chat.
Alle vrijwilligers volgen eerst een training waarin ze leren hoe ze met kinderen en jongeren kunnen praten via de telefoon en chat, met wat voor problemen de kinderen kunnen zitten en hoe ze samen met de kinderen kunnen nadenken over een oplossing.
Onze organisatie en dienstverlening
De Kindertelefoon is een onderdeel van Bureau Jeugdzorg. Bureau Jeugdzorg is een organisatie waar ouders en kinderen naar toe kunnen als een probleem in een gezin niet met praten alleen kan worden opgelost. De 15 Bureaus Jeugdzorg in Nederland zijn aangesloten bij de MOgroep Jeugdzorg. Dit is de brancheorganisatie voor de Jeugdzorg. De MOgroep Jeugdzorg heeft ook het Landelijk Bureau Kindertelefoon in huis. Daar worden de landelijke activiteiten van de kindertelefoon gecoördineerd. Voor meer info over het Landelijk Bureau kun je kijken onder het kopje Volwassenen.
Voor klachten over onze dienstverlening kun je terecht bij het Landelijk Bureau: landelijkbureau@kindertelefoon.nl.
Word je gepest, heb je problemen thuis, ruzie met je vrienden of voel je je rot, dan kun je bellen of chatten met de Kindertelefoon.
Wanneer
Elke dag van 2 uur 's middags tot 8 uur 's avonds, ook in het weekend en tijdens feestdagen kun je met ons bellen of chatten.
Hoe kun je onze medewerkers bereiken
Met de telefoon: 0800-0432 (gratis).
Ook met je mobiel kun je vanaf 1 janauri 2009 bellen met 0800-0432.
Via de chatbutton op onze homepage.
Of via Windows Live Messenger. Voeg chatbot@kindertelefoon.nl toe aan je buddylist.
Hoe kun je ons bereiken buiten openingstijden
Onze website is 24 uur per dag bereikbaar. Je kunt berichtjes achterlaten via de rubrieken help elkaar, gedichten, klaagmuur en het droomkasteel.
Ben je op zoek naar informatie, bezoek dan onze vragenkast via de homepage.
Werkwijze
Als je met de Kindertelefoon belt of chat hoef je niet je echte naam te zeggen, want de Kindertelefoon is anoniem. Ook vertellen wij nooit iets door aan anderen. Als je in nood zit zullen we je in contact brengen met iemand die jou verder kan helpen. Bijvoorbeeld iemand van Bureau Jeugdzorg. Dat doen we alleen als jij dat wilt en daar toestemming voor geeft. De vrijwilligers van de Kindertelefoon komen niet naar jou toe en zullen ook nooit zomaar contact met je opnemen. Jij bent degene die belt of die chat.
Respect
De Kindertelefoon vindt respect voor kinderen heel belangrijk. Ieder kind moet namelijk kunnen praten over een probleem. Maar wij vragen van kinderen om ook respectvol met ons om te gaan. Het is niet de bedoeling de Kindertelefoon te gebruiken voor verveling, voor ongein of gescheld. Daarmee hou je een lijn bezet voor kinderen die wel een serieuze vraag of probleem hebben.
Wie zijn wij
De Kindertelefoon is een organisatie met een grote groep vrijwilligers die het belangrijk vinden dat er een plek is waar kinderen en jongeren in vertrouwen kunnen praten over een probleem en waar zij hulp, advies en informatie kunnen krijgen. De vrijwilligers werken op verschillende plaatsen in Nederland vanachter de telefoon of chat.
Alle vrijwilligers volgen eerst een training waarin ze leren hoe ze met kinderen en jongeren kunnen praten via de telefoon en chat, met wat voor problemen de kinderen kunnen zitten en hoe ze samen met de kinderen kunnen nadenken over een oplossing.
Onze organisatie en dienstverlening
De Kindertelefoon is een onderdeel van Bureau Jeugdzorg. Bureau Jeugdzorg is een organisatie waar ouders en kinderen naar toe kunnen als een probleem in een gezin niet met praten alleen kan worden opgelost. De 15 Bureaus Jeugdzorg in Nederland zijn aangesloten bij de MOgroep Jeugdzorg. Dit is de brancheorganisatie voor de Jeugdzorg. De MOgroep Jeugdzorg heeft ook het Landelijk Bureau Kindertelefoon in huis. Daar worden de landelijke activiteiten van de kindertelefoon gecoördineerd. Voor meer info over het Landelijk Bureau kun je kijken onder het kopje Volwassenen.
Voor klachten over onze dienstverlening kun je terecht bij het Landelijk Bureau: landelijkbureau@kindertelefoon.nl.
Peuterspeelzaal
4. A. De peuterspeelzaal moet kinderen een veilige, geborgen, vriendelijke en stimulerende speel omgeving bieden. Er moet respect en aandacht zijn voor het eigene van ieder kind en eveneens voor de eigen achtergrond met de daarbij behorende normen en waarden. Er moet aandacht zijn voor het proces dat de kinderen doormaken, een proces willen ontdekken en onderzoeken.
Door als leiding de ervaringen die kinderen op doen met elkaar te verbinden, wordt bij kinderen het plezier versterkt in het ontdekken van nieuwe dingen. Zo worden optimale ontwikkelingskansen geboden.
Uitgangspunten
• Respect voor de eigenheid van elk afzonderlijk kind
• Het versterken van de innerlijke weerbaarheid
• Kinderen stimuleren tot zelfredzaamheid en zelfstandigheid
• Het kind voeden met het gevoel van eigenwaarde
• Kinderen stimuleren in het ontdekken van hun eigen mogelijkheden
• Kinderen helpen bij het leren reflecteren op hun eigen gedrag
• Het ontwikkelen van sociaal gevoel en sociale vaardigheden
• Het omgaan met de gevolgen van sekseverschillen
• Kinderen leren omgaan met normen en waarden
• Kinderen helpen bij het hanteren van emoties
• Kinderen begeleiden en stimuleren
Ik vind dat alle uitgangspunten wel worden uitgevoerd in de praktijk.
En vind het uitstekende uitgangspunten.
B. De houding van de leidster: Een peuterleidster heeft kennis van de ontwikkeling van het kind en kan voorwaarden scheppen om het kind optimaal te laten profiteren van de mogelijkheden die een peuterspeelzaal biedt. Zij kan zich verplaatsen in de gevoelens en situaties van zeer jonge kinderen. Zij waardeert het vrije spel als voorwaarde voor een gezonde ontwikkeling en weet hoe zij dit moet bevorderen. Zij moet situaties kunnen creëren die het kind aanzetten tot ontdekking en verwondering. Zij heeft oog voor de relaties voor de relaties tussen de kinderen onderling; zij is leidster van een groep en niet van een verzameling losse individuen.
De ontwikkeling van de motoriek: Een kind oefent zijn motoriek bij elke bezigheid waarbij het lichaam, of een onderdeel daarvan, actief gebruikt wordt. Er is een groot verschil in motorische vaardigheden tussen een tweejarige en een bijna vierjarige peuter.
De motoriek ontwikkelt zich van grof naar fijn en dit betekent dat een tweejarige peuter andere mogelijkheden aangeboden moet krijgen dan een ouder kind. Binnen een peutergroep moet er een gevarieerd aanbod aan het kind aangeboden worden waarbij zowel grove als fijne motorische vaardigheden ontwikkeld kunnen worden. Een belangrijke plaats neemt hierbij de mogelijkheden tot buitenspelen.
C. Er staat niks specifieks vermeld over de punten wat er in de opdracht staat. Wat ik zelf ken en wat ik uit het boek van de peuterspeelzaal heb gevonden zal ik noteren:
- Huilende kinderen: Het belangrijkste is dat je weet waarom een kind huilt, je kunt bijvoorbeeld vragen waarom het kind huilt als je het nog net weet. Het kind laten praten, meestal wanneer ze huilen zijn ze niet verstaanbaar dan kun je zeggen ‘je moet eerst stoppen met huilen want zo begrijp ik je niet’. Er zijn veel redenen waarom kinderen zouden kunnen huilen, elk gehuil is anders. Er zijn kinderen die huilen om hun zin te krijgen, op stage is het zo dat de peuter de moeder wil dat hij/zij daarom huilt. Dan is het belangrijk om aan te geven dat hij daar is om te spelen, de dag indeling vertellen en zeggen dat mama of papa hem/haar weer gaat ophalen. Troosten is dan ook belangrijk en even later ergens neerzetten waar hij kan puzzelen of spelen.
- Eenkennigheid: Dat is niet zo erg zoals bij baby’s het hebben bij ouders of verzorgers. Natuurlijk zijn er peuters die aan de peuterspeelzaal moeten wennen. Dan wordt er aan gewerkt dat de peuter een vertrouwensband krijgt met een leidster. Door hem/haar aandacht te geven en de ruimte.
- (Sociale) Redzaamheid: De peuters de omgeving laten leren kennen, de peuters en de leidsters. Erop lettend dat de peuter goed met andere peuters speelt en de andere peuters ook op de juiste manier met elkaar spelen.
- Grenzen: Grenzen stel je door regels duidelijk te maken als eerste. Peuters niet al te vaak te waarschuwen. Bij verkeerd gedrag dat duidelijk maken en zo nodig straffen.
- Respect voor kinderen: Ieder kind is uniek, heeft een eigen karakter en volgt in zijn eigen tempo een eigen ontwikkelingspatroon. De leiding van de peuterspeelzaal respecteert het kind en is in dit patroon te erkennen om hier vervolgens op in te spelen.
- Wenbeleid: De definitieve plaatsing op een peutergroep is voor zowel ouders als kind een hele stap. Een jong kind heeft nog weinig besef van tijd en kan nog niet bedenken dat wanneer eén van de ouders hem of haar naar de peuterspeelzaal heeft gebracht, die ouder hem of haar ook weer komt ophalen. Weg is weg!
Dit betekent dat het kind ruimschoots de tijd moet krijgen om te ervaren dat bij het wegbrengen naar de peuterspeelzaal automatisch ook weer komt ophalen hoort. Daarnaast maakt de speelzaal met al die kinderen en het vele spelmateriaal, een overweldigende indruk op een peuter. Het si dus veel veiliger om die eerste kennismaking samen met een van je ouders uit te voeren. Afhankelijk van de speelzaal die men gaat bezoeken wordt de volgende procedure gevolgd:
• Ouders krijgen ruim van tevoren bericht over het moment van plaatsing. Leidsters gaan op huisbezoek en nemen een informatiepakketje mee of informatie wordt toegezonden.
• Er wordt een tijdstip afgesproken waarop de ouders en kind voor het eerst de speelzaal zullen bezoeken. Dit tijdstip is iets later dan de tijd waarop de overige peuters komen, zodat er ruime aandacht geschonken kan worden aan de nieuwkomer. Ouder en kind vertrekken na enige tijd weer.
• Afhankelijk van de reacties van het kind, wordt in overlegd vastgesteld wanneer het kind enige tijd zonder ouder in de speelzaal kan blijven. Bij vertrek van de ouder wordt afscheid genomen van het kind. De ouder blijft telefonisch bereikbaar voor de leiding en kan indien nodig, direct komen om het kind weer op te halen.
• De periodes van speelzaalbezoek worden uitgebreid wanneer het kind begrepen heeft dat wegbrengen wordt gevolgd door ophalen.
• De leiding maakt het kind wegwijs in de peuterspeelzaal en toont begrip voor het proces van wennen en leren en afscheid nemen dat de peuter zich eigen moet maken.
• Wanneer blijkt dat dit proces zeer moeizaam voltrekt, moet in goed overleg vastgesteld worden of dit moment van plaatsing wel het juiste moment was en of plaatsing mogelijk nog enige tijd uitgesteld moet worden.
- Zindelijk worden: De ouder geeft aan de peuterspeelzaal leidster aan als de ouder bezig is met het kind zindelijk maken. Zodat de leidster op de hoogte zijn of het kind het in de luier kan doen of op de wc.
- Voeding: De ouders geven eten en drinken mee met de peuters die ze in de tas naar de peuterspeelzaal brengen.
- Spel en spelen: Binnen de creativiteitsontwikkeling worden zowel de motoriek als de fantasie ontwikkeld. Van belang is dat het kind de gelegenheid krijgt om ‘lekker bezig te zijn’. En lekker bezig kunnen zijn, kan alleen als je, je veilig en geborgen voelt, niet bang hoeft te zijn voor boze mensen of voor extreme eisen. Ook moet er genoeg te doen zijn, moeten er nieuwe uitdagingen aangeboden worden en moet je de rust krijgen om je op iets te concentreren.
Het bezig zijn met expressiematerialen zoals verf, klei, potloden, plaksel, zand en enzovoort, biedt kinderen mogelijkheden zich geheel vrij uit te drukken en zal vaker aanleiding geven tot het uiten van emoties.
D. Huilende kinderen, dat komt vaak voor op de peuterspeelzaal, en er wordt er opgelet waarom de peuter huilt en wat de oplossing daarvoor is.
Grenzen: Wanneer de peuter zich niet gedraagt zoals het hoort, wordt hij/zij twee keer gewaarschuwd bij de derde waarschuwing wordt de peuter uit de groep gehaald en apart op de stoel gezet, daar wordt tegen hem/haar verteld waarom hij op de stoel zit en waarom het niet hoort hoe hij/zij zich ernaar gedraagt. Hij blijft niet te lang op de stoel zitten.
Zindelijk worden: Zoals hierboven geschreven, peuterspeelzaal heeft geen protocol voor het zindelijk orden van peuters. Wanneer ouders ermee thuis bezig zijn wordt dat aangegeven bij de leidsters en de leidsters letten er dan op, wanneer de peuter moet plassen dan wordt er meestal aan de peuter gevraagd of hij moet plassen. Het meeste wordt thuis door de ouders gedaan.
Door als leiding de ervaringen die kinderen op doen met elkaar te verbinden, wordt bij kinderen het plezier versterkt in het ontdekken van nieuwe dingen. Zo worden optimale ontwikkelingskansen geboden.
Uitgangspunten
• Respect voor de eigenheid van elk afzonderlijk kind
• Het versterken van de innerlijke weerbaarheid
• Kinderen stimuleren tot zelfredzaamheid en zelfstandigheid
• Het kind voeden met het gevoel van eigenwaarde
• Kinderen stimuleren in het ontdekken van hun eigen mogelijkheden
• Kinderen helpen bij het leren reflecteren op hun eigen gedrag
• Het ontwikkelen van sociaal gevoel en sociale vaardigheden
• Het omgaan met de gevolgen van sekseverschillen
• Kinderen leren omgaan met normen en waarden
• Kinderen helpen bij het hanteren van emoties
• Kinderen begeleiden en stimuleren
Ik vind dat alle uitgangspunten wel worden uitgevoerd in de praktijk.
En vind het uitstekende uitgangspunten.
B. De houding van de leidster: Een peuterleidster heeft kennis van de ontwikkeling van het kind en kan voorwaarden scheppen om het kind optimaal te laten profiteren van de mogelijkheden die een peuterspeelzaal biedt. Zij kan zich verplaatsen in de gevoelens en situaties van zeer jonge kinderen. Zij waardeert het vrije spel als voorwaarde voor een gezonde ontwikkeling en weet hoe zij dit moet bevorderen. Zij moet situaties kunnen creëren die het kind aanzetten tot ontdekking en verwondering. Zij heeft oog voor de relaties voor de relaties tussen de kinderen onderling; zij is leidster van een groep en niet van een verzameling losse individuen.
De ontwikkeling van de motoriek: Een kind oefent zijn motoriek bij elke bezigheid waarbij het lichaam, of een onderdeel daarvan, actief gebruikt wordt. Er is een groot verschil in motorische vaardigheden tussen een tweejarige en een bijna vierjarige peuter.
De motoriek ontwikkelt zich van grof naar fijn en dit betekent dat een tweejarige peuter andere mogelijkheden aangeboden moet krijgen dan een ouder kind. Binnen een peutergroep moet er een gevarieerd aanbod aan het kind aangeboden worden waarbij zowel grove als fijne motorische vaardigheden ontwikkeld kunnen worden. Een belangrijke plaats neemt hierbij de mogelijkheden tot buitenspelen.
C. Er staat niks specifieks vermeld over de punten wat er in de opdracht staat. Wat ik zelf ken en wat ik uit het boek van de peuterspeelzaal heb gevonden zal ik noteren:
- Huilende kinderen: Het belangrijkste is dat je weet waarom een kind huilt, je kunt bijvoorbeeld vragen waarom het kind huilt als je het nog net weet. Het kind laten praten, meestal wanneer ze huilen zijn ze niet verstaanbaar dan kun je zeggen ‘je moet eerst stoppen met huilen want zo begrijp ik je niet’. Er zijn veel redenen waarom kinderen zouden kunnen huilen, elk gehuil is anders. Er zijn kinderen die huilen om hun zin te krijgen, op stage is het zo dat de peuter de moeder wil dat hij/zij daarom huilt. Dan is het belangrijk om aan te geven dat hij daar is om te spelen, de dag indeling vertellen en zeggen dat mama of papa hem/haar weer gaat ophalen. Troosten is dan ook belangrijk en even later ergens neerzetten waar hij kan puzzelen of spelen.
- Eenkennigheid: Dat is niet zo erg zoals bij baby’s het hebben bij ouders of verzorgers. Natuurlijk zijn er peuters die aan de peuterspeelzaal moeten wennen. Dan wordt er aan gewerkt dat de peuter een vertrouwensband krijgt met een leidster. Door hem/haar aandacht te geven en de ruimte.
- (Sociale) Redzaamheid: De peuters de omgeving laten leren kennen, de peuters en de leidsters. Erop lettend dat de peuter goed met andere peuters speelt en de andere peuters ook op de juiste manier met elkaar spelen.
- Grenzen: Grenzen stel je door regels duidelijk te maken als eerste. Peuters niet al te vaak te waarschuwen. Bij verkeerd gedrag dat duidelijk maken en zo nodig straffen.
- Respect voor kinderen: Ieder kind is uniek, heeft een eigen karakter en volgt in zijn eigen tempo een eigen ontwikkelingspatroon. De leiding van de peuterspeelzaal respecteert het kind en is in dit patroon te erkennen om hier vervolgens op in te spelen.
- Wenbeleid: De definitieve plaatsing op een peutergroep is voor zowel ouders als kind een hele stap. Een jong kind heeft nog weinig besef van tijd en kan nog niet bedenken dat wanneer eén van de ouders hem of haar naar de peuterspeelzaal heeft gebracht, die ouder hem of haar ook weer komt ophalen. Weg is weg!
Dit betekent dat het kind ruimschoots de tijd moet krijgen om te ervaren dat bij het wegbrengen naar de peuterspeelzaal automatisch ook weer komt ophalen hoort. Daarnaast maakt de speelzaal met al die kinderen en het vele spelmateriaal, een overweldigende indruk op een peuter. Het si dus veel veiliger om die eerste kennismaking samen met een van je ouders uit te voeren. Afhankelijk van de speelzaal die men gaat bezoeken wordt de volgende procedure gevolgd:
• Ouders krijgen ruim van tevoren bericht over het moment van plaatsing. Leidsters gaan op huisbezoek en nemen een informatiepakketje mee of informatie wordt toegezonden.
• Er wordt een tijdstip afgesproken waarop de ouders en kind voor het eerst de speelzaal zullen bezoeken. Dit tijdstip is iets later dan de tijd waarop de overige peuters komen, zodat er ruime aandacht geschonken kan worden aan de nieuwkomer. Ouder en kind vertrekken na enige tijd weer.
• Afhankelijk van de reacties van het kind, wordt in overlegd vastgesteld wanneer het kind enige tijd zonder ouder in de speelzaal kan blijven. Bij vertrek van de ouder wordt afscheid genomen van het kind. De ouder blijft telefonisch bereikbaar voor de leiding en kan indien nodig, direct komen om het kind weer op te halen.
• De periodes van speelzaalbezoek worden uitgebreid wanneer het kind begrepen heeft dat wegbrengen wordt gevolgd door ophalen.
• De leiding maakt het kind wegwijs in de peuterspeelzaal en toont begrip voor het proces van wennen en leren en afscheid nemen dat de peuter zich eigen moet maken.
• Wanneer blijkt dat dit proces zeer moeizaam voltrekt, moet in goed overleg vastgesteld worden of dit moment van plaatsing wel het juiste moment was en of plaatsing mogelijk nog enige tijd uitgesteld moet worden.
- Zindelijk worden: De ouder geeft aan de peuterspeelzaal leidster aan als de ouder bezig is met het kind zindelijk maken. Zodat de leidster op de hoogte zijn of het kind het in de luier kan doen of op de wc.
- Voeding: De ouders geven eten en drinken mee met de peuters die ze in de tas naar de peuterspeelzaal brengen.
- Spel en spelen: Binnen de creativiteitsontwikkeling worden zowel de motoriek als de fantasie ontwikkeld. Van belang is dat het kind de gelegenheid krijgt om ‘lekker bezig te zijn’. En lekker bezig kunnen zijn, kan alleen als je, je veilig en geborgen voelt, niet bang hoeft te zijn voor boze mensen of voor extreme eisen. Ook moet er genoeg te doen zijn, moeten er nieuwe uitdagingen aangeboden worden en moet je de rust krijgen om je op iets te concentreren.
Het bezig zijn met expressiematerialen zoals verf, klei, potloden, plaksel, zand en enzovoort, biedt kinderen mogelijkheden zich geheel vrij uit te drukken en zal vaker aanleiding geven tot het uiten van emoties.
D. Huilende kinderen, dat komt vaak voor op de peuterspeelzaal, en er wordt er opgelet waarom de peuter huilt en wat de oplossing daarvoor is.
Grenzen: Wanneer de peuter zich niet gedraagt zoals het hoort, wordt hij/zij twee keer gewaarschuwd bij de derde waarschuwing wordt de peuter uit de groep gehaald en apart op de stoel gezet, daar wordt tegen hem/haar verteld waarom hij op de stoel zit en waarom het niet hoort hoe hij/zij zich ernaar gedraagt. Hij blijft niet te lang op de stoel zitten.
Zindelijk worden: Zoals hierboven geschreven, peuterspeelzaal heeft geen protocol voor het zindelijk orden van peuters. Wanneer ouders ermee thuis bezig zijn wordt dat aangegeven bij de leidsters en de leidsters letten er dan op, wanneer de peuter moet plassen dan wordt er meestal aan de peuter gevraagd of hij moet plassen. Het meeste wordt thuis door de ouders gedaan.
Opvoedtelefoon
Opvoedtelefoon
0900- 700 80 90 (80 cpm)
(zie onderstaand schema voor bereikbaarheid)
Direct persoonlijk en deskundig advies kunt u krijgen via de landelijke opvoedtelefoon van Opvoedkundige Praktijk De Vlinder.
Iedereen kan advies krijgen over alles dat met de opvoeding/ontwikkeling van kinderen te maken heeft of het gezinsleven. Dit kunnen bijvoorbeeld zijn: ouders, grootouders, leidsters, docenten enz.
De opvoedtelefoon is meerdere keren per week op verschillende dagen en tijden bereikbaar. Marcha Verdurmen-van Wijk is via de opvoedtelefoon te bereiken op:
Datum:
Tussen:
Vrijdag 11 dec
16.00-17.00 uur
Dinsdag 15 dec
20.00-21.00 uur
Andere dag/tijd?
Stuur een mail naar info@opvoedkundige.com en maak een afspraak met de Opvoedtelefoon op een dag/tijd die u goed uitkomt.
0900- 700 80 90 (80 cpm)
(zie onderstaand schema voor bereikbaarheid)
Direct persoonlijk en deskundig advies kunt u krijgen via de landelijke opvoedtelefoon van Opvoedkundige Praktijk De Vlinder.
Iedereen kan advies krijgen over alles dat met de opvoeding/ontwikkeling van kinderen te maken heeft of het gezinsleven. Dit kunnen bijvoorbeeld zijn: ouders, grootouders, leidsters, docenten enz.
De opvoedtelefoon is meerdere keren per week op verschillende dagen en tijden bereikbaar. Marcha Verdurmen-van Wijk is via de opvoedtelefoon te bereiken op:
Datum:
Tussen:
Vrijdag 11 dec
16.00-17.00 uur
Dinsdag 15 dec
20.00-21.00 uur
Andere dag/tijd?
Stuur een mail naar info@opvoedkundige.com en maak een afspraak met de Opvoedtelefoon op een dag/tijd die u goed uitkomt.
Activiteitverslag 7
Activiteitenschema 7
Naam: Pinar Yoldas
Datum: 10-01-2010 Klas:7SP3E
opleiding: SPW3
Activiteit: Thema Huis doelgroep: peuters
Voorbereiding 1. Doelgroep: beginsituatie • (aantal – leeftijd – kenmerken)
10 tot 16 peuters- tussen de 2 en 4 jaar oud.
Fijne Motoriek en taal ontwikkeling en sociaal-emotionele ontwikkeling.
2. Doelstelling voor de groep: • (waar heeft het individu/de groep behoefte aan)
De creativiteit wordt bij de kleuter geprikkeld door hem kennis
te laten maken met allerlei verschillende materialen.
De peuter kan zich daarin uitleven. Vooral de fijne motoriek wordt geactiveerd.
3. Doelstelling voor jezelf als begeleider:
(welke houdingsvaardigheden worden van jou gevraagd)
Vertrouwde omgeving te creëren aan de peuters. Erbij zitten. Ze begeleiden. Veiligheid. Goede uitleg
4. Tijdsplanning – tijdstip – ruimte (situatietekening)
15 a 30 minuten. In de zaal aan de tafel zittend.
5. Benodigdheden:
Papier waar huis is opgetekend, schoorsteen, deur en raam van papier uitgeknipt. Lijm. En voorbeeld van activiteit
Planning 6. Inleiding
Tijdens het vrij spelen, peuters aan tafel roepen en uitleg van de activiteit geven.
7. Uitleg
Wanneer de peuters aan tafel zitten krijgen ze het voorbeeld te zien, ze zien dat er allerlei materialen op tafel liggen, laat eerst het huis zien, vraag ze of ze zien wat er nog ontbreekt, wanneer ze het kunnen opnoemen laat ik dat toe anders begeleid ik ze daarin. Laat het uitgeknipte papier zien, schoorsteen, deur en een raam. Kijk er eerst naar of ze al weten waar welk stukje hoort. Ik laat het ze benoemen en begeleid ze in het maken van de activiteit.
8. Variaties
Op een a4tje zelf een huis tekenen met ramen en deuren, de peuters de ramen en deur laten uitprikken.
9. Aanwijzingen
Goede uitleg geven aan de peuters. Goede planning maken, activiteit van te voren voorbereiden en klaarleggen.
Naam: Pinar Yoldas
Datum: 10-01-2010 Klas:7SP3E
opleiding: SPW3
Activiteit: Thema Huis doelgroep: peuters
Voorbereiding 1. Doelgroep: beginsituatie • (aantal – leeftijd – kenmerken)
10 tot 16 peuters- tussen de 2 en 4 jaar oud.
Fijne Motoriek en taal ontwikkeling en sociaal-emotionele ontwikkeling.
2. Doelstelling voor de groep: • (waar heeft het individu/de groep behoefte aan)
De creativiteit wordt bij de kleuter geprikkeld door hem kennis
te laten maken met allerlei verschillende materialen.
De peuter kan zich daarin uitleven. Vooral de fijne motoriek wordt geactiveerd.
3. Doelstelling voor jezelf als begeleider:
(welke houdingsvaardigheden worden van jou gevraagd)
Vertrouwde omgeving te creëren aan de peuters. Erbij zitten. Ze begeleiden. Veiligheid. Goede uitleg
4. Tijdsplanning – tijdstip – ruimte (situatietekening)
15 a 30 minuten. In de zaal aan de tafel zittend.
5. Benodigdheden:
Papier waar huis is opgetekend, schoorsteen, deur en raam van papier uitgeknipt. Lijm. En voorbeeld van activiteit
Planning 6. Inleiding
Tijdens het vrij spelen, peuters aan tafel roepen en uitleg van de activiteit geven.
7. Uitleg
Wanneer de peuters aan tafel zitten krijgen ze het voorbeeld te zien, ze zien dat er allerlei materialen op tafel liggen, laat eerst het huis zien, vraag ze of ze zien wat er nog ontbreekt, wanneer ze het kunnen opnoemen laat ik dat toe anders begeleid ik ze daarin. Laat het uitgeknipte papier zien, schoorsteen, deur en een raam. Kijk er eerst naar of ze al weten waar welk stukje hoort. Ik laat het ze benoemen en begeleid ze in het maken van de activiteit.
8. Variaties
Op een a4tje zelf een huis tekenen met ramen en deuren, de peuters de ramen en deur laten uitprikken.
9. Aanwijzingen
Goede uitleg geven aan de peuters. Goede planning maken, activiteit van te voren voorbereiden en klaarleggen.
Pers bericht
De Landelijke Opvoedtelefoon stopt per 1 januari 2006. De werkgeversorganisatie MOgroep laat weten dat dit het gevolg is van de invoering van de Wet op de jeugdzorg.
De Landelijke Opvoedtelefoon stopt per 1 januari 2006. De werkgeversorganisatie MOgroep laat in een persbericht weten dat dit het gevolg is van de invoering van de Wet op de jeugdzorg.
De Landelijke Opvoedtelefoon is niet als aparte functie in de wet opgenomen en is daardoor geen kerntaak van bureau jeugdzorg. Sinds de Wet op de jeugdzorg is opvoedingsondersteuning een taak van de gemeenten. Inspanningen van bureaus jeugdzorg bij gemeentelijke voorzieningen en VWS om garanties te krijgen voor het voortbestaan van de Landelijke Opvoedtelefoon hebben niets opgeleverd. Per jaar bellen ruim 5000 mensen de opvoedtelefoon. Uit onderzoek blijkt dat ouders zeer tevreden zijn over de hulp- en dienstverlening.
Bron: Persbericht MOgroep
De Landelijke Opvoedtelefoon stopt per 1 januari 2006. De werkgeversorganisatie MOgroep laat in een persbericht weten dat dit het gevolg is van de invoering van de Wet op de jeugdzorg.
De Landelijke Opvoedtelefoon is niet als aparte functie in de wet opgenomen en is daardoor geen kerntaak van bureau jeugdzorg. Sinds de Wet op de jeugdzorg is opvoedingsondersteuning een taak van de gemeenten. Inspanningen van bureaus jeugdzorg bij gemeentelijke voorzieningen en VWS om garanties te krijgen voor het voortbestaan van de Landelijke Opvoedtelefoon hebben niets opgeleverd. Per jaar bellen ruim 5000 mensen de opvoedtelefoon. Uit onderzoek blijkt dat ouders zeer tevreden zijn over de hulp- en dienstverlening.
Bron: Persbericht MOgroep
Wat moet ik doen?
Leidster van een kinderdagverblijf vertelt:
Een kind uit mijn groep ziet er onverzorgd uit als het wordt gebracht door de ouders en ruikt niet altijd fris.
Moet ik hier iets over zeggen tegen de ouders?
Mag ik hier uberhaupt wel iets over zeggen tegen de ouders?
Stel dat ik het ga zeggen, hoe moet ik dat dan doen en wanneer?
Ik heb nu gezien en gemerkt dat het niet aan de ouders wordt verteld.
Wanneer de peuters gezicht onder pindakaas zit veeg je dat even eraf. Maar er wordt niks tegen de ouder gezegd. Uiteindelijk is het hun eigen verantwoordelijkheid om de verzorging van hen kind te doen.
Wat denken jullie?
Een kind uit mijn groep ziet er onverzorgd uit als het wordt gebracht door de ouders en ruikt niet altijd fris.
Moet ik hier iets over zeggen tegen de ouders?
Mag ik hier uberhaupt wel iets over zeggen tegen de ouders?
Stel dat ik het ga zeggen, hoe moet ik dat dan doen en wanneer?
Ik heb nu gezien en gemerkt dat het niet aan de ouders wordt verteld.
Wanneer de peuters gezicht onder pindakaas zit veeg je dat even eraf. Maar er wordt niks tegen de ouder gezegd. Uiteindelijk is het hun eigen verantwoordelijkheid om de verzorging van hen kind te doen.
Wat denken jullie?
School
Soms word het allemaal even teveel, opdrachten, huiswerk, werkstukken.
Druk druk, naast je parttime werk. Moet je van alles en nog wat doen.
Soms wordt het mij teveel. Ik loop wel is achter met opdrachten en dan probeer ik gestresst alles nog op tijd af te maken.
Ben ik de enigste met dit probleem of zijn er meer die er soms genoeg van hebben.?
Druk druk, naast je parttime werk. Moet je van alles en nog wat doen.
Soms wordt het mij teveel. Ik loop wel is achter met opdrachten en dan probeer ik gestresst alles nog op tijd af te maken.
Ben ik de enigste met dit probleem of zijn er meer die er soms genoeg van hebben.?
'Peter (10) wordt na schooltijd regelmatig opgewacht en afgetuigd door klasgenoten. Als hij daarna huilend thuiskomt, weet ik me geen raad. Wat kan ik doen?'
Zegt een moeder.
Wat kan de moeder het beste doen. Ik zelf vind dat ze wel eerst naar school moet gaan, ook al gebeurt het buiten schooltijd de andere jongens zitten op het zelfde school. Hetzelfde heb ik vroeger gezien bij een ander kind van mijn school.
Dat de leraar de geweldadige kind van een ander klas strafte, omdat hij buiten schooltijd een ander kind had geduwd!!
Ik denk dat het beste is om naar de directeur of leraren toe te gaan.
Zegt een moeder.
Wat kan de moeder het beste doen. Ik zelf vind dat ze wel eerst naar school moet gaan, ook al gebeurt het buiten schooltijd de andere jongens zitten op het zelfde school. Hetzelfde heb ik vroeger gezien bij een ander kind van mijn school.
Dat de leraar de geweldadige kind van een ander klas strafte, omdat hij buiten schooltijd een ander kind had geduwd!!
Ik denk dat het beste is om naar de directeur of leraren toe te gaan.
Maandverslag 4
Maandverslag 4
Periode: Week 51-52-53-1
Pinar Yoldas
Mijn Leerdoelen van de vorige maand:
- Uitdagingen zoeken in de praktijk
- Aan de gemaakte afspraken houden
- Niet te druk in het hoofd maken maar elke dag wat opschrijven over de dag.
1. Uitdagingen zoeken, ik vind zelf dat ik nu wel met alles meedoe op mijn stage. Dat gaat prima.
2. Aan de afspraken houden, verloopt goed.
3. Omdat ik nu alles plan, heb ik wel meer rust. Het gaat nu makkelijker (soepeler) wanneer ik opdrachten maak.
Leerervaringen
Was er thema kerst, ik heb mijn activiteit kerstboom versieren van te voren goed voorbereid, en de activiteit is goed geslaagd. Was een leuke activiteit zowel voor de peuters als voor mij. Het was fascinerend voor de peuters om met glitters te werken en stickers te plakken. Tot nu toe vond ik dat dit de leukste activiteit was dat ik heb kunnen voorbereiden.
We hebben kerstontbijt gehad met allebei de groepen. De ouders, mochten wat maken en meebrengen, paar ouders hebben zich vrijwillig aangemeld en wat lekkers gemaakt voor de kinderen. Het ontbijt verliep goed en de peuters vonden het leuk. We moesten wel opletten dat de peuters goed gingen eten en drinken.
Er waren tandenstokers aan kaas geprikt, was belangrijk dat wanneer de peuters de kaas probeerden te eten dat ze niet zichzelf gingen prikken met de tandenstoker. Dit was mijn eerste kerstontbijt op een stage plek en ik vond het erg gezellig en heel leuk.
Situatie 1
Naar twee weken vakantie had ik de peuters wel weer gemist.
We hadden twee nieuwe peuters op de zaal, eén van de jongens die in de middag kwam ging zijn verjaardag vieren. Hij is net twee geworden. Op het moment dat de moeder wegging begon hij te huilen, leidster Emel ging bij de jongen zitten aan de puzzel tafel, af en toe stopte hij dan met huilen. Leidster Emel kon niet de hele tijd bij hem blijven zitten omdat ze ook op de andere peuters moest letten. De jongen stopte niet met huilen. Ik zat in de poppenhoek met andere peuters en voelde mijn hoofd bonken van de hoofdpijn. Ik dacht bij mezelf dit duurt al bijna een uur en het is vervelend voor de andere peuters die ook druk spelen. IK stond op liep naar de jongen toe en pakte hem op. Probeerde hem gerust te stellen in het Turks, over dat hij niet bang hoeft te zijn, dat mama hem straks weer komt ophalen, dat hij hier is om te spelen. Ik maakte het verhaal wat langer natuurlijk, want hij werd er stil van. Ik legde de dagindeling uit wat we allemaal zouden doen op die dag. En dat hij vaker zal komen om te spelen en wanneer hij werd afgezet dat hij ook weer werd opgehaald zoals alle peuters. Het hielp, de jongen huilde niet meer, dit was nog maar een eerste stap.
Toen we moesten opruimen bleef de jongen naast mij, het leek net of als ik even weg bij hem zou gaan dat hij dan weer zou beginnen met huilen, ik hield zijn hand vast tijdens het opruimen, in de kring liet ik hem naast me zitten op een stoel.
Hij moest op de verjaardagsstoel zitten naast Mieke en dat ging prima, hij begon niet te huilen. Voor de rest van de middag ging het goed.
Vaak waren er peuters die nog moesten wennen aan de zaal, die steeds moesten huilen. Vaak heb ik ze getroost, zodat de zaal een vertrouwd plekje voor ze werd. Het verliep altijd wel goed. Het geeft mij ook een goed gevoel, omdat ik iets zinvols doe vind ik. Dat ik wel iets ermee bereik.
Dit is mijn laatste maandverslag, over paar weken zit mijn stage erop.
Ik vond dat het goed ging, soms niet maar vaak ging het goed. Ben tevreden over mijn handelen in bepaalde situaties en dat er een collegiaal sfeer was op mijn stage plek. Dat bijdraagt veel aan mijn ontwikkeling.
10-01-2010
Periode: Week 51-52-53-1
Pinar Yoldas
Mijn Leerdoelen van de vorige maand:
- Uitdagingen zoeken in de praktijk
- Aan de gemaakte afspraken houden
- Niet te druk in het hoofd maken maar elke dag wat opschrijven over de dag.
1. Uitdagingen zoeken, ik vind zelf dat ik nu wel met alles meedoe op mijn stage. Dat gaat prima.
2. Aan de afspraken houden, verloopt goed.
3. Omdat ik nu alles plan, heb ik wel meer rust. Het gaat nu makkelijker (soepeler) wanneer ik opdrachten maak.
Leerervaringen
Was er thema kerst, ik heb mijn activiteit kerstboom versieren van te voren goed voorbereid, en de activiteit is goed geslaagd. Was een leuke activiteit zowel voor de peuters als voor mij. Het was fascinerend voor de peuters om met glitters te werken en stickers te plakken. Tot nu toe vond ik dat dit de leukste activiteit was dat ik heb kunnen voorbereiden.
We hebben kerstontbijt gehad met allebei de groepen. De ouders, mochten wat maken en meebrengen, paar ouders hebben zich vrijwillig aangemeld en wat lekkers gemaakt voor de kinderen. Het ontbijt verliep goed en de peuters vonden het leuk. We moesten wel opletten dat de peuters goed gingen eten en drinken.
Er waren tandenstokers aan kaas geprikt, was belangrijk dat wanneer de peuters de kaas probeerden te eten dat ze niet zichzelf gingen prikken met de tandenstoker. Dit was mijn eerste kerstontbijt op een stage plek en ik vond het erg gezellig en heel leuk.
Situatie 1
Naar twee weken vakantie had ik de peuters wel weer gemist.
We hadden twee nieuwe peuters op de zaal, eén van de jongens die in de middag kwam ging zijn verjaardag vieren. Hij is net twee geworden. Op het moment dat de moeder wegging begon hij te huilen, leidster Emel ging bij de jongen zitten aan de puzzel tafel, af en toe stopte hij dan met huilen. Leidster Emel kon niet de hele tijd bij hem blijven zitten omdat ze ook op de andere peuters moest letten. De jongen stopte niet met huilen. Ik zat in de poppenhoek met andere peuters en voelde mijn hoofd bonken van de hoofdpijn. Ik dacht bij mezelf dit duurt al bijna een uur en het is vervelend voor de andere peuters die ook druk spelen. IK stond op liep naar de jongen toe en pakte hem op. Probeerde hem gerust te stellen in het Turks, over dat hij niet bang hoeft te zijn, dat mama hem straks weer komt ophalen, dat hij hier is om te spelen. Ik maakte het verhaal wat langer natuurlijk, want hij werd er stil van. Ik legde de dagindeling uit wat we allemaal zouden doen op die dag. En dat hij vaker zal komen om te spelen en wanneer hij werd afgezet dat hij ook weer werd opgehaald zoals alle peuters. Het hielp, de jongen huilde niet meer, dit was nog maar een eerste stap.
Toen we moesten opruimen bleef de jongen naast mij, het leek net of als ik even weg bij hem zou gaan dat hij dan weer zou beginnen met huilen, ik hield zijn hand vast tijdens het opruimen, in de kring liet ik hem naast me zitten op een stoel.
Hij moest op de verjaardagsstoel zitten naast Mieke en dat ging prima, hij begon niet te huilen. Voor de rest van de middag ging het goed.
Vaak waren er peuters die nog moesten wennen aan de zaal, die steeds moesten huilen. Vaak heb ik ze getroost, zodat de zaal een vertrouwd plekje voor ze werd. Het verliep altijd wel goed. Het geeft mij ook een goed gevoel, omdat ik iets zinvols doe vind ik. Dat ik wel iets ermee bereik.
Dit is mijn laatste maandverslag, over paar weken zit mijn stage erop.
Ik vond dat het goed ging, soms niet maar vaak ging het goed. Ben tevreden over mijn handelen in bepaalde situaties en dat er een collegiaal sfeer was op mijn stage plek. Dat bijdraagt veel aan mijn ontwikkeling.
10-01-2010
Maandverslag 4
Maandverslag 4
Periode: Week 51-52-53-1
Pinar Yoldas
Mijn Leerdoelen van de vorige maand:
- Uitdagingen zoeken in de praktijk
- Aan de gemaakte afspraken houden
- Niet te druk in het hoofd maken maar elke dag wat opschrijven over de dag.
1. Uitdagingen zoeken, ik vind zelf dat ik nu wel met alles meedoe op mijn stage. Dat gaat prima.
2. Aan de afspraken houden, verloopt goed.
3. Omdat ik nu alles plan, heb ik wel meer rust. Het gaat nu makkelijker (soepeler) wanneer ik opdrachten maak.
Leerervaringen
Was er thema kerst, ik heb mijn activiteit kerstboom versieren van te voren goed voorbereid, en de activiteit is goed geslaagd. Was een leuke activiteit zowel voor de peuters als voor mij. Het was fascinerend voor de peuters om met glitters te werken en stickers te plakken. Tot nu toe vond ik dat dit de leukste activiteit was dat ik heb kunnen voorbereiden.
We hebben kerstontbijt gehad met allebei de groepen. De ouders, mochten wat maken en meebrengen, paar ouders hebben zich vrijwillig aangemeld en wat lekkers gemaakt voor de kinderen. Het ontbijt verliep goed en de peuters vonden het leuk. We moesten wel opletten dat de peuters goed gingen eten en drinken.
Er waren tandenstokers aan kaas geprikt, was belangrijk dat wanneer de peuters de kaas probeerden te eten dat ze niet zichzelf gingen prikken met de tandenstoker. Dit was mijn eerste kerstontbijt op een stage plek en ik vond het erg gezellig en heel leuk.
Situatie 1
Naar twee weken vakantie had ik de peuters wel weer gemist.
We hadden twee nieuwe peuters op de zaal, eén van de jongens die in de middag kwam ging zijn verjaardag vieren. Hij is net twee geworden. Op het moment dat de moeder wegging begon hij te huilen, leidster Emel ging bij de jongen zitten aan de puzzel tafel, af en toe stopte hij dan met huilen. Leidster Emel kon niet de hele tijd bij hem blijven zitten omdat ze ook op de andere peuters moest letten. De jongen stopte niet met huilen. Ik zat in de poppenhoek met andere peuters en voelde mijn hoofd bonken van de hoofdpijn. Ik dacht bij mezelf dit duurt al bijna een uur en het is vervelend voor de andere peuters die ook druk spelen. IK stond op liep naar de jongen toe en pakte hem op. Probeerde hem gerust te stellen in het Turks, over dat hij niet bang hoeft te zijn, dat mama hem straks weer komt ophalen, dat hij hier is om te spelen. Ik maakte het verhaal wat langer natuurlijk, want hij werd er stil van. Ik legde de dagindeling uit wat we allemaal zouden doen op die dag. En dat hij vaker zal komen om te spelen en wanneer hij werd afgezet dat hij ook weer werd opgehaald zoals alle peuters. Het hielp, de jongen huilde niet meer, dit was nog maar een eerste stap.
Toen we moesten opruimen bleef de jongen naast mij, het leek net of als ik even weg bij hem zou gaan dat hij dan weer zou beginnen met huilen, ik hield zijn hand vast tijdens het opruimen, in de kring liet ik hem naast me zitten op een stoel.
Hij moest op de verjaardagsstoel zitten naast Mieke en dat ging prima, hij begon niet te huilen. Voor de rest van de middag ging het goed.
Vaak waren er peuters die nog moesten wennen aan de zaal, die steeds moesten huilen. Vaak heb ik ze getroost, zodat de zaal een vertrouwd plekje voor ze werd. Het verliep altijd wel goed. Het geeft mij ook een goed gevoel, omdat ik iets zinvols doe vind ik. Dat ik wel iets ermee bereik.
Dit is mijn laatste maandverslag, over paar weken zit mijn stage erop.
Ik vond dat het goed ging, soms niet maar vaak ging het goed. Ben tevreden over mijn handelen in bepaalde situaties en dat er een collegiaal sfeer was op mijn stage plek. Dat bijdraagt veel aan mijn ontwikkeling.
10-01-2010
Periode: Week 51-52-53-1
Pinar Yoldas
Mijn Leerdoelen van de vorige maand:
- Uitdagingen zoeken in de praktijk
- Aan de gemaakte afspraken houden
- Niet te druk in het hoofd maken maar elke dag wat opschrijven over de dag.
1. Uitdagingen zoeken, ik vind zelf dat ik nu wel met alles meedoe op mijn stage. Dat gaat prima.
2. Aan de afspraken houden, verloopt goed.
3. Omdat ik nu alles plan, heb ik wel meer rust. Het gaat nu makkelijker (soepeler) wanneer ik opdrachten maak.
Leerervaringen
Was er thema kerst, ik heb mijn activiteit kerstboom versieren van te voren goed voorbereid, en de activiteit is goed geslaagd. Was een leuke activiteit zowel voor de peuters als voor mij. Het was fascinerend voor de peuters om met glitters te werken en stickers te plakken. Tot nu toe vond ik dat dit de leukste activiteit was dat ik heb kunnen voorbereiden.
We hebben kerstontbijt gehad met allebei de groepen. De ouders, mochten wat maken en meebrengen, paar ouders hebben zich vrijwillig aangemeld en wat lekkers gemaakt voor de kinderen. Het ontbijt verliep goed en de peuters vonden het leuk. We moesten wel opletten dat de peuters goed gingen eten en drinken.
Er waren tandenstokers aan kaas geprikt, was belangrijk dat wanneer de peuters de kaas probeerden te eten dat ze niet zichzelf gingen prikken met de tandenstoker. Dit was mijn eerste kerstontbijt op een stage plek en ik vond het erg gezellig en heel leuk.
Situatie 1
Naar twee weken vakantie had ik de peuters wel weer gemist.
We hadden twee nieuwe peuters op de zaal, eén van de jongens die in de middag kwam ging zijn verjaardag vieren. Hij is net twee geworden. Op het moment dat de moeder wegging begon hij te huilen, leidster Emel ging bij de jongen zitten aan de puzzel tafel, af en toe stopte hij dan met huilen. Leidster Emel kon niet de hele tijd bij hem blijven zitten omdat ze ook op de andere peuters moest letten. De jongen stopte niet met huilen. Ik zat in de poppenhoek met andere peuters en voelde mijn hoofd bonken van de hoofdpijn. Ik dacht bij mezelf dit duurt al bijna een uur en het is vervelend voor de andere peuters die ook druk spelen. IK stond op liep naar de jongen toe en pakte hem op. Probeerde hem gerust te stellen in het Turks, over dat hij niet bang hoeft te zijn, dat mama hem straks weer komt ophalen, dat hij hier is om te spelen. Ik maakte het verhaal wat langer natuurlijk, want hij werd er stil van. Ik legde de dagindeling uit wat we allemaal zouden doen op die dag. En dat hij vaker zal komen om te spelen en wanneer hij werd afgezet dat hij ook weer werd opgehaald zoals alle peuters. Het hielp, de jongen huilde niet meer, dit was nog maar een eerste stap.
Toen we moesten opruimen bleef de jongen naast mij, het leek net of als ik even weg bij hem zou gaan dat hij dan weer zou beginnen met huilen, ik hield zijn hand vast tijdens het opruimen, in de kring liet ik hem naast me zitten op een stoel.
Hij moest op de verjaardagsstoel zitten naast Mieke en dat ging prima, hij begon niet te huilen. Voor de rest van de middag ging het goed.
Vaak waren er peuters die nog moesten wennen aan de zaal, die steeds moesten huilen. Vaak heb ik ze getroost, zodat de zaal een vertrouwd plekje voor ze werd. Het verliep altijd wel goed. Het geeft mij ook een goed gevoel, omdat ik iets zinvols doe vind ik. Dat ik wel iets ermee bereik.
Dit is mijn laatste maandverslag, over paar weken zit mijn stage erop.
Ik vond dat het goed ging, soms niet maar vaak ging het goed. Ben tevreden over mijn handelen in bepaalde situaties en dat er een collegiaal sfeer was op mijn stage plek. Dat bijdraagt veel aan mijn ontwikkeling.
10-01-2010
Abonneren op:
Posts (Atom)